

Adriaan Hoogendoorn: Een prachtig ambt in een schitterende gemeente

Adriaan Hoogendoorn (60, ChristenUnie) is vanavond geïnstalleerd als eerste Kroonbenoemde burgemeester van Midden-Groningen. Dat deed commissaris van de Koning René Paas in het gemeentehuis van Slochteren. Paas stelde in de 2 jaar dat hij commissaris is tienmaal een waarnemer (onder wie Rein Munniksma, tweemaal) aan. Dit was zijn eerste burgemeestersbenoeming.

"Het is voor mij een voorrecht om hier te mogen staan als burgemeester van de nieuwe gemeente Midden-Groningen. Een prachtig ambt in een schitterende gemeente. Vol overtuiging heb ik naar dit ambt gesolliciteerd. Het was een spannende tijd. Voor u en voor mij. Graag geef ik u als gemeenteraad een compliment voor het selectieproces. U bent voortvarend te werk gegaan. Het was een vlotte procedure, maar tegelijk zorgvuldig en degelijk. Althans, zo heb ik het ervaren. Dankbaar en trots was ik met uw voordracht! Dat liet ik direct na de bekendmaking op social media ook wel merken. Mijn boodschap was: ‘er gaat niets boven Groningen’. Nou, dat heb ik geweten. Op de Veluwe denken ze daar dus anders over. Het protest vanuit Oldebroek was niet van de lucht. De dag vóór mijn officiële afscheid heb ik op de racefiets een tocht gemaakt door de gemeente Oldebroek en in alle dorpen had ik een kleinschalige ontmoeting. De tocht was vanuit het gemeentehuis georganiseerd. Ik werd voorzien van 2 secondanten én een fietsshirt met op mijn rug als tekst: Er gaat niets boven Oldebroek… Zo zie je maar, iedereen leeft in z’n eigen werkelijkheid.
Zeg je Groningen, dan zeg je gaswinning. Dat heeft Groningen op de kaart gezet, maar niet op de manier die je zou wensen. Gaswinning en aardbevingen. Een enorm hoofdpijndossier. De problematiek is groot en ontwrichtend. Daags na mijn voordracht, op 17 mei, heb ik in deze zaal het raadsdebat hierover bijgewoond. Ik was onder de indruk van de bijdragen van de insprekers uit Overschild en Steendam. Wat maakte het mij duidelijk? Dat er bij veel mensen niet alleen sprake is van forse schade aan hun woning, hun huis (de plek waar je je veilig wilt voelen), maar ook veel schade aan hun ziel. Psychische schade, relaties die onder druk staan, met alle gevolgen van dien. Er is dus niet alleen een versterkingsopgave nodig voor de woningen. Naast deze fysieke opgave is ook een méntale versterkingsopgave noodzakelijk. Want hoe komen getroffen inwoners hier doorheen? ‘Vertrouwen’ is de meest basale voorwaarde om hier met elkaar goed doorheen te komen. Daar zullen álle betrokken partijen met elkaar aan moeten werken. Een dure plicht, waarin lokale, provinciale en rijks-overheid verantwoordelijkheid moeten nemen.
Het past mij niet hierover nu grote woorden te spreken. Ik ken het dossier nog onvoldoende en sowieso moet een bestuurder alleen maar dingen zeggen die hij ook waar kan maken. Mensen hebben niets aan loze woorden. Wél wil ik met nadruk zeggen dat ik samen met de portefeuillehouder, mw. Woortman, met het college en met de gemeenteraad wil staan voor de belangen van onze inwoners. Zij moeten op ons kunnen rekenen! Waar gaat het dan om? Om veiligheid, een basisbehoefte van ieder mens, en heel eenvoudig om recht! Getroffen inwoners moet recht worden gedaan. Niet meer en niet minder.
U begrijpt dat ik dit onderwerp niet ongenoemd kon laten, niet ongenoemd wilde laten. Maar ik wil hierin niet blijven steken. Midden-Groningen is méér dan gaswinning en aardbeving, zelfs véél meer. Wat heeft deze gemeente, dit prachtige gebied veel te bieden. Marketing Midden-Groningen verwoordt het treffend: M-G is ‘klaar om ontdekt te worden’. Zelf neem ik die uitnodiging graag aan. Komend weekend bijvoorbeeld. Dan hoop ik samen met de wethouders Drenth en Verschuren mee te rijden met de fietstocht langs de grenzen van de nieuwe gemeente. Mede georganiseerd door wielervereniging Tour’75; een prachtig initiatief.
In de aanloop naar de fusie zijn in het zogenoemde Kompas voor de nieuwe gemeente Midden-Groningen 3 bouwstenen geformuleerd; groots in kleinschaligheid, ieder mens telt en economie van de toekomst. Die kleinschaligheid is om te koesteren. Want samenleven manifesteert zich op dorpsniveau. Elk dorp en elke wijk (in Hoogezand) heeft z’n eigen karakter. Met TV en het world wide web worden we steeds meer wereldburger, maar toch heeft ieder mens behoefte om ergens bij te horen, deel uit te maken van een gemeenschap. Daarom is het van groot belang dat dorpen en wijken zich laten kennen als leefgemeenschappen, waar mensen naar elkaar omzien.
Ieder mens telt! Niet alleen hen die het voor de wind gaat, maar net zo goed de mensen die in een moeras zitten waar zijzelf niet meer uitkomen. Vooral jeugd verdient onze aandacht! De overheid moet staan voor recht en gerechtigheid. En ervoor waken dat niet het recht van de sterkste gaat heersen.
Wie heeft dan welke verantwoordelijkheid? De burger heeft in het algemeen liever niet dat de overheid zich teveel met hem bemoeit, maar als er een probleem is dan moet die overheid dat maar wel even snel opknappen. Dat maakt de wisselwerking tussen samenleving en overheid paradoxaal. Maar laten we daar geen tegenstelling van maken. Dat brengt ons niet verder. Wel is het goed om als overheid wat meer bescheiden te zijn, zich vooral dienend op te stellen. Mensen zijn in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor hun eigen leven, voor familie en ook voor hun eigen leefomgeving. De overheid moet die verantwoordelijkheid daar ook laten, mensen ruimte geven voor eigen ideeën. De overheid als bondgenoot, om de samenleving in zijn kracht te zetten.
Maar ook maatschappelijke organisaties, onderwijs en het bedrijfsleven hebben hierin een verantwoordelijkheid. Ieder mens telt! Wat dan vooral telt, is dat mensen kunnen deelnemen aan de samenleving. Om participatie te bevorderen is voldoende werkgelegenheid een belangrijke voorwaarde. Het Kompas spreekt van de economie van de toekomst. Ook daarin ligt een grote uitdaging. Kansen zoeken en verzilveren, bijvoorbeeld in de broodnodige energietransitie; samen met ondernemers, onderwijsinstellingen en mede-overheden als provincie en buurgemeenten. We hebben elkaar hard nodig.
De fusie is er niet voor niets gekomen. Krachten zijn gebundeld om daarmee meer voor de inwoners te kunnen betekenen. Groningen verdient perspectief!
In het genoemde Kompas is de overheid neergezet als een bondgenoot voor de samenleving. Een mooie typering. Een gemeente die verbindt, ondersteunt en stimuleert. De samenleving in zijn kracht zet. Als gemeentebestuur moet je dan wel weten wat er in de samenleving leeft. En dat geldt zeker ook voor mij als burgervader. Daarom zal ik er veel op uittrekken. Ik neem er de tijd voor om Midden-Groningen en al haar dorpen en wijken goed te leren kennen. Ook bedrijfsleven en verenigingsleven kan rekenen op mijn belangstelling. Een oppervlakkige kennismaking volstaat niet.
Ik wil weten wat er leeft, hoe er gedacht wordt, hoe mensen in het leven staan. Confucius, een oude Chinese wijsgeer, zei ooit ‘dat een mens twéé oren heeft en één mond om twee keer zoveel te luisteren dan te praten’.
Regelmatig vertoont de overheid een groot vermogen om inwoners van zich te vervreemden. De oorzaak is meestal dat bestuurders verzuimen om écht te luisteren. Over en weer naar elkaar luisteren, elkaar respecteren, elkaar iets gunnen. Alleen ga je sneller, maar samen kom je verder. Samen bereik je veel meer. Daarom zal mijn motto zijn: ‘prestatie door relatie’!
Het Kompas voor Midden-Groningen is op zichzelf wel oké, maar papier is geduldig. De mooie toekomstbeelden worden niet vanzelf werkelijkheid. Met elkaar aan de slag. De mouwen opstropen.
Ik kom tot een afronding. Er past mij een woord van dank aan mijn voorgangers. En dan heb ik het over Peter de Jonge, Geert-Jan ten Brink en Rein Munniksma. Zij hebben de afgelopen jaren veel voorbereidend werk verricht om van de nieuwe gemeente een succes te maken. In het bijzonder noem ik Rein Munniksma. Eerst waarnemer in Menterwolde, vervolgens kwam daar waarneming in Slochteren bij en tenslotte waarnemend burgemeester van Midden-Groningen om de nieuwe gemeente het eerste half jaar op weg te helpen. En dat alles in roerige tijden. Heren, allen veel dank voor jullie werk!
Mijn dank ook voor de vriendelijke en goede woorden van de commissaris, van dhr. Haze en van mw. Woortman. Tenslotte bedank ik vooral u, leden van de raad, voor het vertrouwen dat u mij geeft om hier als burgemeester aan de slag te gaan. En u, mijnheer Paas, heeft dat als betrouwbare steun voor Zijne Majesteit mede mogelijk gemaakt. Dank daarvoor!
Tot slot. Het zijn in Groningen roerige tijden. Mij trof een citaat van Augustinus, een groot denker die 1600 jaar geleden heeft geleefd. Hij zei daarover het volgende: Het zijn slechte tijden. Het zijn moeilijke tijden. Dat zeggen de mensen tenminste. Laten we liever goed leven, dan worden de tijden vanzelf goed. Wij zijn de tijden. Zoals wij zijn, zó zijn de tijden.
Dames en heren, laten we er met elkaar een goede tijd van maken. Ik dank u.