Wijziging Woningwet: Huurverlaging huurders met lager inkomen
De Afdeling advisering van de Raad van State wil dat er in 2023 een huurverlaging komt voor huurders met een inkomen tot 120 procent van het minimum-inkomensijkpunt. De huur wordt verlaagd tot maximaal 562,65 euro per maand. Voorwaarde is dat de woning wordt gehuurd van een woningcorporatie. De regering wil zo betalingsproblemen voorkomen door onder andere de hoge inflatie.
Dit advies is vandaag openbaar gemaakt en gepubliceerd op de website van de Raad van State.
Heroverwegen
De Afdeling advisering ('advisering') snapt dat de regering zich vanwege de uitzonderlijke economische omstandigheden extra inspant om betaalbaarheid van woonlasten te waarborgen. Toch adviseert zij de regering om het wetsvoorstel in de huidige vorm te heroverwegen.
Beter uitleggen
'Advisering' vraagt hoe dit wetsvoorstel zich verhoudt tot andere recente maatregelen die zich richten op het verbeteren van de financiële positie van kwetsbare huishoudens. "Het is onduidelijk of met dit voorstel de betaalbaarheid van woonlasten wordt aangepakt voor de groep die het meest kwetsbaar is. De regering geeft daarin in de toelichting bij het wetsvoorstel onvoldoende inzicht. Daarnaast moet de regering beter uitleggen waarom de regeling beperkt is tot huurders van woningcorporaties. Hierdoor worden vergelijkbare groepen met lage inkomens die huren bij andere partijen uitgesloten. Het advies aan de regering luidt dan ook om in de toelichting van het wetsvoorstel een rechtvaardiging te geven voor deze ongelijke behandeling. Als dit niet mogelijk is, dan adviseert zij het voorstel te heroverwegen."
Huurtoeslag
Het is onduidelijk waarom de regering voor dit doel de huurtoeslag niet gebruikt. "De huurtoeslag bestaat al jaren als instrument om te waarborgen dat huishoudens met lage inkomens in betaalbare woningen kunnen wonen. Bovendien worden hiermee ook huurders met lage inkomens geholpen die niet huren bij een woningcorporatie."
Verrekening
Ook wijst 'advisering' erop dat er bij de voorgestelde regeling een verrekening plaatsvindt, waardoor netto minder dan de helft van de gemiddelde huurverlaging overblijft voor de huurder. Zo'n verrekening gebeurt niet bij huurtoeslag. 'Advisering' vraagt de regering daarom om uit te leggen waarom niet is gekozen voor verhoging van de huurtoeslag als alternatief.
Een wettelijke huurprijsverlaging kan een belemmering van het Europeesrechtelijke diensten- en kapitaalverkeer opleveren. Dit geldt vooral bij huur in de commerciële tak van een woningcorporatie. De regering wordt dan ook geadviseerd om de verenigbaarheid van het wetsvoorstel met het vrij verkeer van diensten en kapitaal te motiveren.
Belastingdienst
Met het oog op de uitvoering van het wetsvoorstel vraagt 'advisering' tot slot aandacht voor de financiële gevolgen van het wetsvoorstel voor individuele woningcorporaties en de uitvoerbaarheid voor de Belastingdienst.
Informatie: Raad van State. Foto: Pixabay.com.