Midden-Groningen 'scoort' naar verhouding hoog in armoedegrens
Zo'n 2.280 inwoners van Midden-Groningen hadden vorig jaar niet genoeg inkomen of spaargeld om van rond te komen. Dat zijn naar verhouding meer personen dan in de rest van Nederland: 3.7 om 3.1 procent. Dit blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bekendmaakte. In 2022 'scoorde' Midden-Groningen nog een percentage van 3.6. Landelijk was dat 3.4.
In Groningen (5.3) en Pekela (4.2) is dit percentage het hoogst van de provincie.
Armoedegrens anders berekend
Die armoedegrens wordt nu anders berekend. Eerder ging het alleen om inkomen en er waren 5 verschillende grenzen die door elkaar werden gebruikt. Nu trekken CBS, Sociaal en Cultureel Planbureau en financieel voorlichtingsbureau Nibud 1 lijn: wie na aftrek van woon-, energie- en andere noodzakelijke lasten, inclusief bijvoorbeeld een telefoon voor een puberkind, niet genoeg geld overhoudt om van rond te komen, en ook geen spaarpotje heeft om het een jaar mee uit te zingen, geldt als arm.
Spaarpot
Arm is in deze nieuwe lijn iemand die alleen woont, een inkomen heeft van minder dan 1.512 euro netto en een spaarpot van minder dan zo'n 18.000 euro. Een gezin met 2 ouders en 2 pubers is arm als het netto-inkomen onder de 2.911 euro per maand ligt en ze ook geen 35.000 euro aan spaargeld hebben.
540.000 Nederlanders
Met de nieuwe 'regels' vallen nu 540.000 Nederlanders onder de armoedegrens. Dat waren er eerder 1 miljoen.
Overzicht gemeenten in provincie Groningen (aantal dat niet kon rondkomen en percentage van aantal inwoners):
Groningen: 12.620 inwoners, dat is 5.3 procent van alle inwoners; Midden-Groningen: 2.280 - 3.7; Eemsdelta: 1.630 - 3.6; Oldambt: 1.410 - 3.6; Het Hogeland: 1.210 - 2.5; Westerkwartier: 1.170 - 1.8; Stadskanaal: 1.000 - 3.1; Westerwolde: 800 - 3.0; Veendam: 750 - 2.7 en Pekela: 520 - 4.2.
Bron: Algemeen Dagblad. Foto: Pixabay.com.